5. Interlandelijke adoptie: repeat, pause, stop?
Het rapport van de commissie Joustra in Nederland toonde onlangs aan dat er jarenlang structurele mistoestanden plaatsvonden in de procedures voor interlandelijke adoptie, volgens het rapport kan er op geen enkele manier gegarandeerd worden dat dit nu niet langer het geval is of dat misbruik en fraude kunnen voorkomen worden. Hierdoor werden de procedures voor interlandelijke adopties in Nederland onmiddellijk on hold gezet.
De daaropvolgende reacties die te lezen waren op sociale en andere media over onder andere het verderzetten, pauzeren dan wel stopzetten van interlandelijke adoptie raakten mij diepgaand.
De reacties waren veelal unieke ervaringen in de brede waaier die adoptie is, allemaal samen vormen ze het narratief over adoptie. De vaak emotionele toon geeft voor mij aan dat de stemmen van geadopteerden (te) lang onderdrukt werden, dat er nood is om gehoord te worden en dat het narratief niet gedomineerd mag worden door niet-geadopteerden.
Scherpe reacties las ik evenwel van adoptieouders.
Een aantal onder hen voelt evenzeer de drang om hun stem luid te laten klinken. Meestal om aan te tonen dat er ook goede en positieve verhalen zijn. Hun eigen adoptiekind dient hiervoor dan als bewijs.
Toch lijken de belevingen van andere geadopteerden hen ergens pijnlijk te raken, hoewel deze belevingen niets zeggen over hun eigen situatie. Adoptieouders blijken zich vaak aangesproken en zelfs aangevallen te voelen wanneer zij kennisnemen van de beleving van geadopteerden. Ze slagen er soms zelfs in zich in een slachtofferpositie te wringen. De beleving van geadopteerden wordt dan in twijfel getrokken, in vraag gesteld en vergeleken met de beleving van hun eigen adoptiekinderen.
Zou het kunnen dat ruimte maken voor andere belevingen, de deur op een kier zet om het eigen ‘geslaagde’ adoptieplaatje te laten doorprikken? Een dergelijke defensieve, minimaliserende houding doet onrecht aan de ervaringen van andere geadopteerden. Welke meerwaarde heeft dit voor een adoptieouder die zo zeker is van het adoptiegeluk dat hij samen met zijn adoptiekinderen beleeft?
Wat maakt dat deze adoptieouders er niet voor kiezen gewoon te luisteren naar de beleving van een andere geadopteerde om het brede, gelaagde en complexe spectrum dat adoptie is weer wat vollediger en heler te bekijken.
Een maatschappelijk geslaagd leven opbouwen waar je tevreden mee bent, sluit op geen enkele manier uit dat je ook verlies en trauma van afstand en adoptie met je mee kan dragen, met alle mogelijke gevolgen en lasten van dien.
Door te claimen dat je adoptiekind gelukkig is, in combinatie met verwrongen loyaliteit en verlatingsangst, laat je in mijn ogen weinig ruimte voor de geadopteerde om in verbinding te staan met zijn eigen gevoelens en verlangens en zichzelf te leren kennen zoals hij werkelijk is.
Een aantal elementen maakt in mijn ogen deel uit van de afweging of het concept van interlandelijke adoptie moet worden herzien, gepauzeerd, dan wel stopgezet.
Als eerste element kan je volgens mij niet rond de psychologische en neurologische impact van afgestaan worden en de versterking hiervan door adoptie. Hier schreef ik al over in mijn 2e post.
Uiteraard spelen in biologisch verwante gezinnen niet zelden even goed problemen. Dit leidt echter naar een andere inhoudelijke discussie en is geen valabel argument om te gebruiken in het actuele adoptiedebat.
Een volgend element is adoptie als vorm van neokolonialisme.
Diepgewortelde, koloniale, overtuigingen bepalen mee het al jarenlang heersende beeld over adoptie. Dat rijke, witte mensen een ‘arm kindje’ kopen, wordt amper in vraag gesteld. Er wordt als vanzelf vanuit gegaan dat het ‘arm kindje’ hier per definitie beter af is en ‘geholpen’ is omdat het hier mag opgroeien. Voelt u ook die oneindige dankbaarheid opborrelen? Mensen met geld denken het leven van anderen onherroepelijk te mogen bepalen en veranderen, waarbij de gevoelens van ‘de ander’ blijkbaar van minder belang zijn dan de eigen wensen en verlangens.
Het is absoluut zo dat er nog heel wat ruimte voor progressie is in heel veel landen wat betreft hulpverlening, jeugdhulpverlening en jeugdbescherming. Hebt u bijvoorbeeld al ooit (jeugd)hulpverlening van enige soort nodig gehad in Vlaanderen? Dan stootte u ongetwijfeld op ellenlange wachtlijsten en moeilijk te vinden gepaste hulp. U zal het dan met mij eens zijn dat Vlaanderen geen lessen te geven heeft aan welk land dan ook wat betreft de organisatie van hun hulpverleningslandschap. Ook in Vlaanderen worden kinderen in instellingen geplaatst omdat hun ouders ‘er niet voor kunnen zorgen’. Deze kinderen worden alleen niet gekocht door rijke mensen uit een ander continent die vanuit een misplaatst superioriteitsgevoel denken dat zij er beter voor kunnen zorgen.
Tenslotte is er adoptie als systeem waarbinnen misbruik en bedrog decennialang vlotjes hun weg hebben gevonden.
Geen enkele (kandidaat) adoptieouder vraagt, mag ik hopen, om een ontvoerd of frauduleus adoptabel gemaakt kind. Echter, door de vraag te stellen, draag je als adoptieouder bij tot het hele (potentieel frauduleuze) systeem, je maakt er zelfs een essentieel deel van uit.
Als je weet hebt van de mogelijke risico’s en mistoestanden (ontvoering, vervalsing van documenten, leugens tegenover ouders,…), wil je dan dit risico lopen?
Mensen die claimen dat sommige moeders ervoor kiezen hun kind vrijwillig af te staan, nodig ik uit om stil te staan bij de invulling van vrijwillig en kiezen. Door druk (dwang zo je wil) van financiële, sociale, psychologische en maatschappelijke invloeden lijkt het me bezwaarlijk spreken over vrijwillig kiezen.
Als je met de kennis van nu (en sinds wanneer hebben we eigenlijk al weet van deze situaties?!) kiest om te adopteren, dan kies je er op een bepaald moment voor om de risico’s en realiteiten te negeren en je persoonlijke, individuele belang bovenaan te stellen. Impliciet zeg je dan toch: ik wil een kind en het maakt me niet uit dat de kans bestaat dat een andere moeder daarvoor op gruwelijke wijze haar kind moet verliezen of dat ik ooit aan mijn kind zal moeten vertellen dat hij nooit zal weten wie hij is. Dat (kandidaat) adoptieouders hier niet van op de hoogte konden zijn, gold misschien decennia geleden, maar het Haags adoptieverdrag dateert uit de vroege jaren ‘90 en werd in het leven geroepen om bescherming te bieden tegen, de toen al gekende, illegale, onrechtmatige, voorbarige en slecht voorbereide adopties.
Als je op de hoogte bent van de mistoestanden, maar voor je eigen gemoedsrust kiest voor bewuste onwetendheid en ervanuit gaat dat dit bij ‘jouw’ kind niet het geval was/zal zijn, ben je dan alleen naïef of ook medeverantwoordelijk?
Repeat, pause, stop?
Adoptie is gebaseerd op het zoeken van een kind voor een (kinderloos) koppel, in plaats van andersom. Veel geadopteerden zouden nooit opgegroeid zijn in hun adoptiegezin als deze ‘zelf’ kinderen hadden kunnen krijgen.
Hoe pijnlijk ongewenste kinderloosheid ook is, het recht op kinderen is onbestaande. Je kan je ook afvragen hoe goed mensen met een ongewenst, onvervulde kinderwens de noden van getraumatiseerde kinderen kunnen aanvoelen en vervullen. Vooral als er (te) weinig tijd genomen werd om bijvoorbeeld in intensieve therapie te doorvoelen wat dit betekent op individueel en relationeel vlak.
Adoptie maakt deel uit van een economisch winstmodel waarmee veel geld verdiend wordt over de rug van schrijnend menselijk leed van gezinnen van herkomst en geadopteerden.
Het geld dat omgaat in het adoptiesysteem zou bijvoorbeeld ook ingezet kunnen worden om ouders in landen van herkomst te begeleiden en ondersteunen, evenals om alternatieven voor adoptie te organiseren in de landen van herkomst.
Alles in beschouwing genomen, pleit ik voor het stopzetten van interlandelijke adoptie.
Wanneer je als samenleving blijft kiezen voor het systeem van interlandelijke adoptie zeg je eigenlijk: we zijn bereid om de gigantische risico’s te nemen en de menselijke tol beschouwen we als collateral damage.
Zolang de vraag gesteld kan worden, zal er naar aanbod gezocht worden.
Het argument dat adoptie niet verboden mag worden omdat mensen dan illegale manieren zullen zoeken om adoptie verder te zetten, houdt in mijn ogen geen steek. De vrees dat een verbod met de voeten getreden wordt, heeft het instellen van andere verboden nooit tegengehouden. Adopties gebeuren bovendien al illegaal.
Door ergens paal en perk aan te stellen, geef je als samenleving het signaal dat dit ingaat tegen waar je als maatschappij voor staat en voor kiest, dat je wil zoeken naar alternatieven en oplossingen voor problemen die zich onvermijdelijk zullen stellen.
De tijd is gekomen om dit te doen voor interlandelijke adoptie.